De EastMed pijplijn
In 2017 kwamen Italië, Griekenland, Cyprus en Israël tot een overeenkomst omtrent de constructie van een 2000 km lange onderzeese pijplijn tussen nieuw ontdekte gasvelden in het Midden-Oosten en Europa. Het project, de EastMed pijplijn, is in handen van het Griekse DEPA en het Italiaanse Edison.
Israël stelde voor dat de Europese Unie zou investeren in de pijplijn. Door gas af te nemen uit het Midden-Oosten, zou de Europese Unie immers minder afhankelijk worden van gastoevoer uit Rusland, waar het grootste deel van het in Europa geconsumeerde gas op dit moment vandaan komt. Gezien de politieke ontwikkelingen tussen de verschillende grootmachten, zou het voor Europa ongunstig zijn om afhankelijk te zijn van Rusland. De Europese Unie hapte toe en investeerde maar liefst 2 miljoen euro aan publieke EU-subsidies in het project voor ‘voorafgaand onderzoek’, nog voor het project geconcretiseerd werd. De EastMed pijplijn werd bovendien opgenomen in de ‘PCI list’ (list of Projects of Common Interest), een lijst van projecten die, volgens de Europese Unie, het gemeenschappelijk belang dienen en die door deel te zijn van de PCI-list versnelde toelatings- en vergunningsprocedures krijgen en aanspraak kunnen maken op Europese subsidies. De Europese Unie besliste dus dat het voordeliger is om afhankelijk te zijn van Israël voor de aanvoer van gas, dan dat de EU afhankelijk zou blijven van Rusland. Ze kiest voor een land dat de mensenrechten niet respecteert en discriminatie en onderdrukking geïnternaliseerd heeft in haar staatsstructuur in de vorm van Apartheid.
Aanleiding voor escalatie
De investeringen in een pijplijn die fossiele brandstoffen naar Europa moet transporteren, staat haaks op de Europese klimaatdoelstellingen. De negatieve impact van het gebruik van fossiele brandstoffen op ons klimaat en onze omgeving werd meermaals onomstotelijk bewezen. Het GWP (global warming potential) van natuurlijk gas, methaan, ligt maar liefst 86 keer hoger dan het GWP van CO2, beide broeikasgassen. De geplande gasconsumptie in Europa is niet compatibel met de intentie om onder een klimaatopwarming van 2°C te blijven. Om deze doelstelling te halen zou Europa tegen 2040 volledig onafhankelijk moeten zijn van fossiele brandstoffen. Naast de impact van het gebruik van fossiele brandstoffen op het klimaat, heeft de verwezenlijking van de pijplijn negatieve gevolgen voor lokale gemeenschappen. Bovendien heeft het project het potentieel om een escalerende factor te worden in verscheidene geopolitiek gespannen casussen. In Italië wordt er door lokale gemeenschappen en milieuactivisten reeds ettelijke jaren hevig geprotesteerd tegen de TAP pijplijn (Trans Adriatic Pipeline), de pijplijn zal verschillende ecologisch waardevolle gebieden doorkruisen en landbouwland. De gemeenschappen die doorkruist worden door de pijplijn vrezen vernieling van natuurgebied, landbouwgronden en vrezen voor veiligheidsrisico’s door de aanwezigheid van de pijplijn. De aanleg van een tweede pijplijn, de EastMed pijplijn, zal niet enkel zorgen voor een intensivering van het protest in Italië, ook in Griekenland spraken lokale gemeenschappen hun bezorgdheid uit over de komst van de pijplijn.
Turkije gaf reeds aan dat zij de Cypriotische republiek en haar Exclusive Economic Zone niet erkent, waardoor Turkije aanspraak meent te maken op een deel van de Cypriotische gasvoorraden. In 2018 waarschuwde de Turkse president, Recep Tayip Erdogan, dat Turkije de regio met argusogen in de gaten houdt en dat de oorlogsschepen klaarstaan. Daarnaast strekt één van de Cypriotische gasvelden zich uit tot in de Israëlische maritieme zone, wat ondanks de samenwerkingsovereenkomst, voor spanningen kan zorgen tussen beide staten indien er betwist wordt wie aanspraak kan maken op het desbetreffende deel van het gasveld.
In 2000 werden ook voor de Gazaanse kust gasvelden ontdekt, die in theorie een groot economisch potentieel hebben voor de Palestijnen. Ze zouden immers onafhankelijk kunnen worden van Israël voor het invullen van hun energiebehoeften. De Gasvelden werden de facto in beslag genomen door Israël, als direct gevolg van de bezetting, in strijd met het internationaal recht. Wettelijk gezien behoren de Gazaanse gasvelden toe aan de Palestijnen, maar Israël heeft de facto de controle over de voorraden. Door de restricties van Israël heeft het Palestijns gas geen economische waarde. De hoeveelheid gas die Israël controleert, biedt aan Israël het potentieel om een energie-grootmacht te worden en haar internationale positie nog verder te versterken. De EastMed pijplijn zal vertrekken aan de Israëlische kust, maar het staat reeds vast dat ze, zonder overeenkomst met de Palestijnen, de Exclusive Economic Zone van Gaza zal doorkruisen zonder overeenkomst met de Palestijnen, een schending van de richtlijnen van de Verenigde Naties. Bovendien heeft Israël geen overeenkomst met de Palestijnen om gas op te winnen uit maritieme grensgebieden, wat een ernstige schending is van het internationaal recht. Eenzijdige extractie, het exploiteren van het gas zonder overeenkomst met de Palestijnse Autoriteit, schendt de soevereiniteit van het Palestijnse volk over hun natuurlijke bronnen. Dit houdt een schending in van Israël’s plicht als bezettende macht om het onroerende goed van de bezette staat te beschermen.
Bij eerdere ontginning van Israëlisch gas werd bewezen dat door het principe van communicerende vaten, Palestijns gas mee naar boven was gekomen en verkocht werd door Israël; de ontginning werd niet stopgezet. Het doelbewust roven van grondstoffen is, wederom, een ernstige schending van het internationaal recht. In een ‘Beneath troubled waters’ een rapport van Somo (The Centre for Research on Multinational Corporations) uit 2017 wordt de bezorgdheid geuit dat een deel van het gas dat naar Europa zal komen door de EastMed pijplijn, geroofd gas kan zijn, waardoor de EU zich medeplichtig maakt aan plundering van grondstoffen. De woordvoerder van de Europese Commissie weigerde commentaar te geven wanneer gevraagd werd naar een verklaring over de positie van de EU inzake de aankoop van gas van Israël, dat illegaal geëxploiteerd Palestijns gas kan bevatten. Het boren zonder toestemming van de Palestijnse Autoriteit, of zelfs maar onderhandelen met de PA, maakt de betrokken bedrijven schuldig aan een schending van de Organisation for Economic Coöperation and Development guidelines for multinational enterprises en van de VN-richtlijnen inzake bedrijven en mensenrechten. Toch promoot het FIT (Flanders Investment en Trade) de Israëlische gassector als een veelbelovende, nieuwe investeringsmogelijkheid bij Vlaamse investeerders.
Daarbovenop uitte Israël recentelijk de intentie om, op basis van het ‘vredesplan’ van de Amerikaanse president Donald Trump, grote stukken van de Westelijke Jordaanoever te annexeren. Het is een zeer slecht signaal van de Europese Unie om, zeker op dit moment, een samenwerking te bestendigen met Israël. Tenslotte bevinden Israël en Libanon zich eveneens in een gespannen situatie. De betwisting van de landsgrenzen tussen beide naties, zet zich verder in de betwisting van de begrenzing van de maritieme zones van beide naties. Libanon maakte reeds duidelijk dat het zal ingrijpen wanneer Israël begint met het ontginnen van gas in de buurt van de betwiste maritieme grenzen. Er dient dan ook op gewezen te worden dat Israël de voorbije decennia betrokken was bij verscheidene militaire conflicten. Het is een groot risico, zowel financieel als politiek, voor de Europese Unie om voor onze energievoorziening afhankelijk te worden van een land dat zich in zo’n gespannen situatie bevindt.
De Europese Unie loopt dus door te investeren in de EastMed pijplijn het risico dat ze medeplichtig wordt aan plundering, het schenden van de internationale wet en verscheidene internationale verdragen. Bovendien bestendigt de EU een handelsrelatie met een natie die het niet nauw neemt met de internationale rechten van de mens en gesitueerd is in een regio die al decennia lang zeer onstabiel is, waar de conflicten zich aaneen rijgen, met ettelijke burgerslachtoffers tot gevolg. De EU kiest er met dit project voor om publiek geld te investeren in een project dat allesbehalve duurzaam is. Investeren in fossiele brandstoffen staat haaks op de klimaatdoelstellingen en de voorraden zijn uitputtelijk. Private investeerders, die door het FIT aangemoedigd worden om te investeren in de Israëlische gassector, lopen het risico te investeren in mensenrechtenschendingen en het schenden van verscheidene internationale richtlijnen. Daarbovenop uitten verscheidene betrokken en omliggende naties reeds dat dit project kan leiden tot een (verdere) escalatie van reeds bestaande spanningen.
Wil je op de hoogte blijven van deze kwestie? hou onze nieuwsupdate in de gaten, we volgen dit project met argusogen, alsook de mogelijke betrokkenheid van Belgische bedrijven, gemeenten en de staat bij dit project.