IEDER MENS IS GELIJK

Zoeken

Federaal Parlement – Commissie Buitenlandse zaken

Facebook
Twitter
Email
Print

VERNIETIGING BELGISCHE EN EU-PROJECTEN, DOOR ISRAËL

Steven De Vuyst (PVDA-PTB):

Informeerde recent hoeveel projecten de laatste vijf jaar door België, en de EU, geheel of gedeeltelijk gefinancierd werden ten bate van de Palestijnse bevolking in de bezette gebieden. Daarbij vroeg hij hoeveel van die projecten door de Israëlische regering vernietigd werden, en hoe groot de financiële verliezen hierdoor zijn. Uit het antwoord bleek dat de laatste vijf jaar drie rechtstreeks door België gefinancierde projecten door Israël vernietigd werden, ter waarde van 44 245 euro. Verder werden 26 door OCHA gefinancierde projecten, waaraan België indirect bijdraagt via het flexibele fonds, vernietigd voor een bedrag van 125 397 euro. 174 projecten die werden gefinancierd door het Consortium voor de bescherming van de Westbank, (het consortium is een alliantie van ngo’s die tot doel hebben de gedwongen verplaatsing van Palestijnse gemeenschappen te voorkomen), werden getroffen door vernielingen voor een bedrag van in totaal 769 126 euro. Ook werden zes rechtstreeks door de EU gefinancierde projecten getroffen door vernielingen van de Israëlische autoriteiten, met een totaal verlies van
16 040 euro.

Uitgebreid verslag kamer:

https://www.dekamer.be/kvvcr/showpage.cfm?section=qrva&language=nl&cfm=qrvaXml.cfm?legislat=55&dossierID=55-B068-1193-0086-2020202111403.xml

NEDERLANDSE REGERING ZET STEUN AAN UAWC STOP ALS GEVOLG VAN DRUK UIT ISRAËL

Het voorbije jaar startte de Israëlische regering een lastercampagne tegen zes Palestijnse ngo’s, waarbij deze ngo’s werden bestempeld als ‘terroristische organisaties. Door het belasteren van deze mensenrechtengroepen probeert de Israëlische regering westerse landen zo ver te krijgen dat zij hun steun aan deze mensenrechtengroepen stopzetten.
Alhoewel nergens werd aangetoond dat de financiële steun aan de Palestijnse ngo UAWC, (de UAWC is een landbouwcoöperatieve die Palestijnse boeren ondersteunt die te lijden hebben onder de Israëlische kolonisatiepolitiek), fout besteed zou zijn, liet de Nederlandse regering zich toch door de Israëlische regering overtuigen om de financiële steun aan de UAWC stop te zetten.

Kathleen Depoorter (N-VA), verwees naar de beslissing van de Nederlandse regering.

Steven De Vuyst (PVDA-PTB) betreurde dat de Nederlandse regering toegaf aan de Israëlische druk door haar steun aan de UAWC stop te zetten. Hij wees ook naar het feit dat alle relevante mensenrechtengroepen de Israëlische aanval op de UAWC beschouwden als een kwalijke tendens waarbij autoritaire landen de werkruimte van mensenrechtengroepen steeds méér inperken. Steven De Vuyst vroeg ook aan minister Meryame Kitir of de Nederlandse regering door de Israëlische regering onder druk werd gezet, en of ook minister Kitir deze druk vanuit de Israëlische regering voelde. Steven De Vuyst stoorde zich ook aan de framing waarbij de zaken zodanig worden omgedraaid dat mensenrechtengroepen als het probleem worden bestempeld, terwijl het probleem van de Israëlische kolonisatie en landroof amper wordt benoemd.

In haar antwoord stelde minister Meryame Kitir dat zij een kopie had ontvangen van de brief die de Nederlandse ministers hadden gericht aan het Nederlandse parlement. Uit die brief zou blijken dat er geen bewijs is van financiële stromen tussen de UAWC en de PFLP. Er zijn wél bestuursleden van de UAWC die die persoonlijke contacten hebben met de PFLP maar ook daar blijkt nergens dat zij hun functie zouden hebben misbruikt voor zaken die te maken hebben met enige vorm van terrorisme.

Uitgebreid verslag:

https://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/55/ic653.pdf

EU-DIFFERENTIATIEPOLITIEK ISRAËLISCHE NEDERZETTINGEN
VN-DATABASE BEDRIJVEN IN ILLEGALE ISRAËLISCHE NEDERZETTINGEN

Een aantal parlementsleden stelden vragen over de zogenaamde differentiatiepolitiek met Israël. De differentiatiepolitiek is de politiek waarbij de EU een onderscheid maakt tussen producten uit Israël en producten uit de illegale Israëlische nederzettingen in Palestijns bezet gebied.

Wouter De Vriendt (Groen) verwees naar de pan-Europese denktank ECFR, die vaststelde dat verschillende bilaterale overeenkomsten tussen de EU en Israël géén differentiatieclausule bevatten, (waardoor ook Israëlische kolonisten gewoon kunnen genieten van de voordelen van deze overeenkomst). Wouter De Vriendt vroeg wat de Belgische regering zou doen om dit op te lossen en of de minister dit probleem ook zou aankaarten via het Europese niveau. Hij verwees verder ook nog eens naar de update van de VN-database van bedrijven in de illegale Israëlische nederzettingen.

(De betreffende VN-database vind je op: https://www.somo.nl/nl/vn-lijst-bedrijven-die-handelen-met-illegale-nederzettingen-is-een-stap-vooruit/ )

Vicky Reynaert (Vooruit) verwees naar de VN-databank met bedrijven die actief zijn in de illegale Israëlische nederzettingen in bezet Palestijns gebied. Zij wees daarbij op het feit dat er sinds 2020 géén update is geweest van die database en vroeg minister Kitir welke stappen zij daarrond zou ondernemen. Ook vroeg zij welke stappen de minister zou ondernemen op het niveau van de VN, eventueel samen met andere lidstaten, om te zorgen dat elk jaar voldoende geld zou worden uitgetrokken om een jaarlijkse update van deze database mogelijk te maken.

Els Van Hoof (CD&V) sloot zich als voorzitter van de commissie Buitenlandse Zaken zeer uitdrukkelijk aan bij de vraag voor het updaten van de VN-database, én bij de kritiek op de Israëlische nederzettingenpolitiek. Zij pleitte daarbij nadrukkelijk voor actie, en niet enkel voor woorden. Concreet pleitte zij voor de omkering van de bewijslast, waarbij het aan Israël zou zijn om te bewijzen dat producten niet afkomstig zijn uit de illegale Israëlische nederzettingen, en niet meer aan de EU zélf. Verder pleitte zij ook om extra stappen te zetten via het handelsbeleid, omdat zij een louter differentiatiepolitiek te mild vindt.

Minister Sophie Wilmès (MR) verklaarde zich akkoord om bepaalde akkoorden aan te passen zodat deze ook een onderscheid maken tussen Israël en de illegale nederzettingen, en vroeg om deze vraag door te geven aan de bevoegde ministers.

Uitgebreid verslag kamer:

https://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/55/ic646.pdf

EU-BURGERINITIATIEF VOOR IMPORTVERBOD PRODUCTEN ILLEGALE ISRAËLISCHE NEDERZETTINGEN

Recent werd een burgerinitiatief gestart dat pleit voor een importverbod op producten uit de illegale nederzettingen. Zo’n burgerinitiatief is mogelijk binnen de Europese regelgeving. Wanneer dit initiatief minstens één miljoen handtekeningen ophaalt, uit minstens 7 EU-lidstaten, is de Europese Commissie verplicht om een concreet voorstel rond dit probleem uit te werken.

Wouter De Vriendt (Groen) verwees naar het burgerinitiatief op Europees niveau, waarbij gepleit wordt voor een importverbod voor producten uit de illegale Israëlische nederzettingen, en vroeg of ons land over dit voorstel overleg zou plegen met andere gelijkgezinde EU-landen.

Els Van Hoof (CD&V) stelde dat de differentiatiepolitiek van de EU duidelijk te mild is, gezien de dramatische situatie op het terrein, (zij vergeleek Palestina door de kolonisatie met een gatenkaas), en vroeg dan aan minister Sophie Wilmès wat zij dacht van een importverbod op producten uit de illegale nederzettingen.

Minister Wilmès (MR) stelde dat de Europese Commissie akkoord gaat om een voorstel in te dienen voor een gemeenschappelijk handelsbeleid, op voorwaarde dat het burgerinitiatief voldoende handtekeningen zou verzamelen, maar vroeg “om daarbij het voorstel van de EC af te wachten en geen inhoudelijke voorafnames te doen”.

Uitgebreid verslag:

https://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/55/ic646.pdf

PALESTIJNSE KINDEREN IN ISRAËLISCHE GEVANGENISSEN EN OPSLUITING PALESTIJNEN ZONDER AANKLACHT OF PROCES

Steven De Vuyst (PVDA/PTB) verwees naar 29 november, de dag van solidariteit met het Palestijnse volk, om te wijzen op het feit dat de situatie van het Palestijnse volk steeds moeilijker wordt. Daarbij wees hij onder andere op de mensonterende situatie van Palestijnse kinderen in Israëlische gevangenissen. Hij verwees ook naar de Israëlische praktijk van ‘administratieve detentie’ waarbij Palestijnse gevangenen voor lange tijd worden vastgezet zonder enige aanklacht of eerlijk proces. Steven De Vuyst vroeg welke stappen de minister zou ondernemen om deze schendingen van mensenrechten, met name de opsluiting van minderjarigen, hun berechting door militaire rechtbanken, en de opsluiting van mensen zonder enige vorm van proces, aan te klagen. Steven De Vuyst stelde ook duidelijk dat niet alleen een veroordeling nodig is van dit beleid, maar dat ook actie nodig is om Israël te dwingen zijn beleid aan te passen.

Minister Sophie Wilmès (MR) stelde dat administratieve hechtenis een uitzonderlijke maatregel moet blijven, die gedurende een beperkte periode wordt toegepast en waarbij er waarborg is voor de rechten van de verdediging en het recht op een eerlijk proces, en dit alles binnen een redelijke termijn. Zij kondigde echter geen concrete acties aan die zij zou ondernemen.

Uitgebreid verslag kamer:

https://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/55/ic646.pdf

BNP PARIBAS-FORTIS BLIJKT GROOTSTE CREDITEUR VAN BEDRIJVEN ACTIEF IN DE ILLEGALE ISRAËLISCHE NEDERZETTINGEN

Vicky Reynaert (Vooruit) verwees naar een rapport van de ‘Don’t buy into Occupation Coalition’ (waarbij ook Palestina Solidariteit, als lidorganisatie van 11.11.11 aangesloten is.) Uit dat onderzoek blijkt dat BNP Paribas-Fortis, waarvan de Belgische overheid de grootste aandeelhouder is, de grootste crediteur is van bedrijven die actief zijn in de illegale Israëlische nederzettingen. BNP Paribas Fortis is daarbij ook de twaalfde grootste investeerder in surveillanceactiviteiten, firma’s die Palestijnse huizen vernietigen en zelfs in wapenproducenten. Vicky Reynaert benadrukte dat zij het belangrijk vindt dat de regering hierrond actie onderneemt.

OPROEP TOT SANCTIES TEGEN DE STAAT ISRAËL

De PVDA/PTB-fractie diende op 26 mei 2021, vlak ná de Israëlische bombardementen op de Palestijnse Gazastrook, een voorstel tot resolutie in waarin werd opgeroepen tot sancties tegen Israël, wegens ‘herhaalde schendingen van het internationaal recht, het nederzettingenbeleid in de bezette Palestijnse gebieden, het onwettige annexatiebeleid, en het apartheidsregime in heel het gebied dat de staat Israël controleert en bezet.’
De tekst van de resolutie bevatte een lijst met een hele reeks doelgerichte sancties, zoals sancties gericht tegen de politieke en militaire autoriteiten, economische sancties, opschorting van het EU-Israël-associatieakkoord, en riep evenzeer op om de Palestijnse staat te erkennen, de BDS-campagne te steunen.
Na maanden uitstel kwam de resolutie eind 2021 eindelijk ter stemming in de commissie Buitenlandse Zaken. De resolutie werd uiteindelijk afgewezen aangezien de andere partijen weigerden de resolutie te steunen.

Uitgebreid verslag:

https://www.dekamer.be/FLWB/PDF/55/2013/55K2013001.pdf

Ontdek meer

Geef je op voor onze nieuwsupdates
en mis niets meer !

Doe een gift

U kan een gift doen door geld te storten op

IBAN: BE64 5230 8014 8852

BIC: TRIOBEBB

Op naam van: Palestina Solidariteit vzw, Adres: Ectorsstraat 19, 3400 Landen

Met vermelding van : binnenlandse werking en/of project Palestina + naam project

Bedrag





Voor een gift van €40 geniet je een fiscaal voordeel van maar liefst €18. Het kost je dus uiteindelijk slechts €22! 

Stuur dan wel een email met de gegevens van de donor (naam, adres en rijksregisternummer) naar info@palestinasolidariteit.be