TOEZICHT OP FIANCIERING PALESTIJNSE NGO’S
Kathleen Depoorter (N-VA) stelde gedurende het voorbije jaar een hele reeks vragen over de financiële steun die een aantal Palestijnse ngo’s ontvangen van de Belgische regering. Deze zes Palestijnse ngo’s liggen al geruime tijd zwaar onder vuur als gevolg van een campagne waarin de Israëlische regering deze mensenrechtengroepen probeert te brandmerken als ‘terroristische organisaties’. De felle campagne van de Israëlische regering tegen deze ngo’s startte nadat verscheidene van deze ngo’s in hun rapporten Israël beschuldigden van mensenrechtenschendingen. Uit onderzoek van de Europese Unie en verschillende EU-lidstaten, waaronder ook ons land, bleken deze Israëlische aanvallen volledig onterecht. Ondanks het weerleggen van de Israëlische beschuldigingen verwees Kathleen Depoorter in een interpellatie aan de minister van Buitenlandse Zaken opnieuw naar de Israëlische beschuldigingen tegenover deze ngo’s, waarbij zij de Israëlische verdachtmakingen tegenover deze ngo’s opnieuw over nam.
Minister van Buitenslandse Zaken Caroline Gennez (Vooruit) benadrukte in haar antwoord uitgebreid het belang dat ontwikkelingshulp steeds op een correcte manier besteed moet worden. Zij wees er ook op dat al de betrokken partner ngo’s, uit het Palestijnse middenveld gescreend zijn, dat hierbij geen fouten werden vastgesteld en dat België deze ngo’s dan ook zal blijven steunen. Minister Gennez benadrukte ook dat niet alle betrokken ngo’s effectief geld krijgen van de Belgische regering. Zij vermeldde ook dat zij van de Nederlandse regering, (waar Kathleen Depoorter naar verwees), geen informatie werd ontvangen over mogelijke problemen in verband met deze ngo’s.
Bron: https://www.dekamer.be/doc/CCRI/pdf/55/ic953.pdf
PRO-HAMAS SLOGANS OP BETOGING
Michael Freilich (N-VA) verwees naar een betoging die in oktober zou hebben plaats gevonden in Brussel en waar een aantal van de betogers pro-Hamas of/en antisemitische of anti-Israëlische slogans zou hebben geroepen. Michaël Freilich vroeg de mening van de minister van Buitenlandse Zaken over deze betoging, met de vraag of de minister hierover ook gecontacteerd was door de Israëlische ambassade. Freilich vroeg hierbij welk statement de Israëlische ambassade eventueel gemaakt had, wat het antwoord in dat geval was van de minister, en of de minister eventueel een reactie had ontvangen van andere (Israëlische) regeringsleiders of diplomaten.
Minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib stelde kritische, publieke stellingnames te hebben ontvangen van een aantal personaliteiten, waaronder de Israëlische ambassadeur in België. Eind oktober 2022 zou het Israëlische ministerie van buitenlandse Zaken in een onderhoud met de Belgische ambassadeur in Tel Aviv zijn ongenoegen over deze betoging hebben kenbaar gemaakt. Verder stelde de minister niet te zijn aangesproken over deze betoging. Minister Lahbib verwees verder nog naar het principe van vrijheid van meningsuiting, ook via betogingen of demonstraties, maar benadrukte ook dat in geval van haatspraak of geweld politie en gerecht steeds moeten optreden om deze zaken te veroordelen.