ⓒ Foto: Palestina Solidariteit, afvalproblematiek, Gazastrip
Ruim zes jaar terug, in 2015, bereikte de grootste vluchtelingencrisis sinds WOII de buitengrenzen van de Europese Unie, met beelden van duizenden vluchtelingen die, te voet, half Europa doortrokken. Sindsdien ging er amper een week voorbij zonder dramatische beelden van vluchtelingen die aanspoelden op de stranden van de Griekse eilanden, of dichterbij, vluchtelingen die verdronken in het kanaal tussen Frankrijk en Groot-Brittanië. Eind vorig jaar zette de Wit-Russische dictator Loekasjenko zélfs vluchtelingen in als chantagemiddel t.o.v. de Europese Unie, op de grens tussen Polen en Wit-Rusland.
Minstens even verbijsterend dan deze vluchtelingencrisis zélf is het feit, dat méér dan 6 jaar ná het begin van deze vluchtelingencrisis, de leiders op het hoogste niveau van de Europese Unie in hun discussie nog steeds weinig verder komen dan een heen en weer discussie vóór of tégen de opvang van méér vluchtelingen in Europa.
Dat men, om tot een oplossing te komen, moet werken aan de óórzaken van de vluchtelingencrisis lijkt, ook zes jaar na het begin van deze crisis, niet te dagen in de hoofden van een groot deel van onze Europese leiders.
Nochtans is de oorzaak van die vluchtelingencrisis niet bepaald moeilijk om te vinden. Bekijken we de herkomst van de landen waar de meeste vluchtelingen vandaan komen dan zien we landen als: Afghanistan, Irak, Syrië, Palestina, plus een hele resem Afrikaanse landen. De eerste van die landen zijn niet toevallig net die landen die de voorbije 20 jaar het slachtoffer waren van agressieoorlogen. Het grote aantal Afrikaanse vluchtelingen daarnaast staat uiteraard niet los van de, nog steeds, dramatische economische situatie in grote delen van Afrika.
Het is niet dat die problemen in het Midden-Oosten en Afrika nooit eerder werden aangekaart. Decennia lang reeds klagen onafhankelijke Midden-Oostenspecialisten wereldwijd, samen met heel de internationale vredesbeweging, de agressieve Midden-Oostenpolitiek, van de VS, en bepaalde Europese landen, aan. Net als talloze organisaties, en onafhankelijke specialisten, die ook reeds decennia de dramatische economische situatie in grote delen van Afrika aankaarten.
Een beperkt deel van de politieke wereld nam de kritiek ernstig, vroeg méér aandacht voor de problemen in het Midden-Oosten en Afrika, zorgde ook voor enige steun voor ontwikkelingssamenwerking, maar fundamenteel veranderde er veel te weinig.
De Midden-Oostenpolitiek kwam opnieuw op de agenda met de aanslagen van 11 september 2001 in de VS. Opnieuw werd gewezen op de noodzaak van een andere, minder agressieve, Midden-Oostenpolitiek maar de Amerikaanse regering, met steun van o.a. de Spaanse en Britse regeringen, misbruikte de aanslagen voor het starten van een hele resem nieuwe oorlogen in het Midden-Oosten, die niet alleen honderdduizenden mensen het leven kostten maar ook leidden tot de groei van bestaande, en het ontstaan van nieuwe terreurgroeperingen, zoals Al Qaeda en IS (Islamitische Staat). Al Qaeda pleegde aanslagen in Madrid en Londen, als wraak voor de oorlog in Irak. IS begon met terreuraanslagen, eerst in het Midden-Oosten, na verloop van tijd ook in Europa. Verbijsterend genoeg leidden die aanslagen in Europa wél tot een felle discussie over de werking van onze politie- en veiligheidsdiensten, maar de chaos in het Midden-Oosten, toch dé voedingsbodem voor het ontstaan van terreurgroeperingen Al Qaeda en IS, kwam in de hele discussie over de aanslagen verbijsterend genoeg zo goed als niet aan bod.
Met onze Afrikapolitiek was het niet anders: alhoewel er enige aandacht kwam voor ontwikkelingssamenwerking bleef Afrika voor de meeste landen toch vooral een goedkope leverancier van grondstoffen, een continent met een enorm lange kustlijn, die door industriële visserijschepen van een aantal Zuid-Europese landen (en China) wordt leeggevist, een afzetgebied voor ons teveel aan landbouwproducten, (een gevolg van het slechte Europese landbouwbeleid), en een afzetgebied voor een hele resem industriële producten. Dat op die manier een steeds groter deel van de, nochtans stilaan beter opgeleide, Afrikaanse bevolking elk perspectief verloor op een betere toekomst in eigen land scheen ook niet te dagen.
Het decennia lang verwaarlozen van onze Midden-Oosten- en Afrikapolitiek resulteerde zes jaar terug dus in de hierboven genoemde, en vandaag nog steeds voortdurende, vluchtelingencrisis.
We kunnen onze discussie over de vluchtelingencrisis nog eens zes jaar beperken tot een discussie over het wél of niet terug sturen van vluchtelingen naar hun landen van herkomst, zonder veel aandacht te geven aan de oorzaken van de vluchtelingencrisis. Veel kans dat we met dit soort aanpak over zes jaar ook maar één stap verder zullen staan dan vandaag is er niet.
Hoe kan het anders?
We kunnen klagen over migratie- en veiligheidscrisissen, die ons steeds wéér en méér lijken te overkomen, en over autoritaire leiders als Erdogan en Loekasjenko, die ons chanteren met vluchtelingen. Die crisissen zijn echter louter het gevolg van het gebrek aan Europese lange termijnvisie. Wat leiders als Loekasjenko en Erdogan doen is niets anders dan misbruik maken van dat gebrek aan lange termijnvisie. Eerder dan te klagen over de chantage door dictators zou de EU er dus beter aan doen om de hand in eigen boezem te steken en te erkennen dat de EU, door een gebrek aan duurzame lange termijnvisie rond migratie maar ook op andere vlakken, niet alleen zichzelf verzwakt maar zichzelf ook bijzonder kwetsbaar maakt voor de politiek en chantage van autoritaire leiders allerhande.
Decennia lang was de Europese buitenlandpolitiek weinig méér dan het verlengde van de binnenlandse economische politiek, waarbij de vooruitgang van andere landen, mensenrechten, of een duurzaam milieubeleid, té dikwijls moesten wijken voor kortzichtige, economische belangen. Bepaalde Europese leiders hadden ook het idee dat het volstond om de Europese buitenlandpolitiek af te stemmen op de buitenlandpolitiek van de VS. De regeringen van George W. Bush jr. en Donald Trump maakten echter duidelijk dat de VS-buitenlandse politiek niet altijd rekening houdt met onze Europese belangen. Door de enorme chaos in het Midden-Oosten en Afrika, en de daaruit volgende vluchtelingencrisis, is ook duidelijk dat een eigen Europese visie op vlak van buitenlandse politiek en migratie nodig is.
Een Europese lange termijnvisie voor Buitenlandpolitiek, die migratie en veiligheid met onze economische belangen verzoent? Kan dat?
Wij als Europese landen wensen gerespecteerd te worden. Gerespecteerd in onze soevereiniteit en gerespecteerd om wat we zijn. Met de huidige oorlog in Oekraïne hebben we dat méér dan duidelijk gemaakt. Het zou goed zijn als wij Europeanen hetzelfde respect tonen voor de soevereiniteit van andere landen als wij verwachten voor onszelf. De voorbije decennia, en ook in het verdere verleden, hebben wij dat respect niet altijd getoond, en daar betalen we vandaag de prijs voor, in de vorm van een verminderde veiligheid, en een enorme vluchtelingencrisis.
Een Midden-Oostenpolitiek waarbij we gewoon het internationaal recht en de soevereiniteit van de betrokken landen respecteren, en de huidige conflicten trachten op te lossen, zou daarom het minste van onze ambities mogen zijn. In plaats van dictaturen, militaire agressors, en andere mensenrechtenschenders, te steunen zouden we eerder die landen moeten steunen die trachten werk te maken van vooruitgang op vlak van democratie en mensenrechten.
Ook wie naar Afrika kijkt ziet méér dan voldoende potentieel voor vooruitgang: vruchtbare gronden, water, zon, grondstoffen, maar ook menselijk potentieel, om te kunnen stellen dat het onacceptabel is dat het grootste deel van Afrika in deze eeuw nog steeds in zulke extreme armoede leeft. Ook hier is het niet de bedoeling dat we steun gaan geven aan dictaturen, wél aan landen die trachten vooruit te komen op vlak van democratie en mensenrechten. Dit kunnen we doen met een groot investeringsplan voor Afrika, in samenwerking met Afrikaanse landen die hiervoor open staan, en waarbij we kiezen voor win-win Fair Trade-samenwerkingsakkoorden. Gecombineerd met een Green Deal kunnen we van ons economisch investeringsbeleid tegelijk ook een groen investeringsbeleid (en dus ook klimaatbeleid) maken.
Door dit beleid waarbij we werken aan het oplossen van de problemen in het Midden-Oosten én Afrika werken we ook aan het oplossen van de oorzaken van de vluchtelingencrisis, én creëren we tegelijkertijd ook méér stabiliteit aan onze Europese buitengrenzen, wat op zijn beurt méér stabiliteit en veiligheid garandeert binnen de grenzen van de EU.
Met méér stabiliteit aan onze buitengrenzen zal ook het risico op het ontstaan van nieuwe terroristische groeperingen, en het risico op nieuwe terroristische aanslagen in Europa verkleinen. Het zou ons ook maakt ons ook minder afhankelijk maken van autoritaire leiders als Erdogan of Loekasjenko, en zal op termijn ook de noodzaak verminderen om, zoals vandaag, enorme bedragen te blijven investeren in onze veiligheidsdiensten, en Frontex. Een deel van het geld dat we op lange termijn zo kunnen uitsparen zullen we kunnen gebruiken om te investeren in méér concrete zaken als economie, sociaal-, klimaat- of ander milieubeleid,…
Ook met een betere migratiepolitiek, waarbij de oorzaken van de vluchtelingencrisis worden aangepakt, zullen er -uiteraard- nog steeds een -beperkter aantal- vluchtelingen zijn, waarvan we een deel zullen moeten opvangen binnen de grenzen van de Europese Unie. Met een beperkter aantal vluchtelingen zal het echter veel eenvoudiger worden om deze vluchtelingen op een menselijke en humane manier op te vangen. Wanneer hierdoor de chaotische toestanden, die we de voorbije jaren kenden, zullen verminderen zal ook de publieke weerstand tegen de hulp en opvang van vluchtelingen verminderen.
Met een soortgelijk beleid kan Europa ook méér respect afdwingen in de wereld. De oude tijd van het Europa dat heel de wereld domineerde, via de Europese grootmachten, komt immers niet meer terug. Door het voeren van dit soort, positieve, buitenlandse politiek, waarbij we het verdedigen van onze eigen belangen verzoenen met solidariteit, heeft Europa de kans om zijn Europese waarden uit te dragen in de praktijk, en zal Europa, ditmaal niet door oorlog maar door het afdwingen van respect, een rol in de wereld kunnen blijven spelen.
Laat ons dus stoppen met geklaag en oppervlakkige discussies die de grondoorzaken van deze vluchtelingencrisis negeren, en begrijpen dat deze crisis niet alleen een crisis is maar ook een kans voor een andere, betere en duurzamere politiek…
Terloops: wie de buitenlandse politiek op het Amerikaanse continent volgt weet dat ook de VS al jaren te maken krijgt met een soortgelijke vluchtelingencrisis. Wanhopige vluchtelingen uit Latijns-Amerika die zich, ook daar, niet laten tegen houden door diepe rivieren en metershoge grensmuren. Wie goed kijkt kan zien dat de oorzaken daarvan niet anders zijn dan de oorzaken van de Europese vluchtelingencrisis. De bovenstaande analyse, inbegrepen voorstellen tot oplossing hiervan, kan dus perfect ook gebruikt worden rond de vluchtelingencrisis aan de grens tussen de VS en Mexico.
Opiniestuk van Dirk Demulder, medewerker van Palestina Solidariteit
Verschenen ook rond dit thema:
Palestijnse vluchtelingen willen we niet, wel hun grondstoffen.