Tijdens een nachtelijke operatie op 24 augustus schoten Israëlische soldaten een 15-jarige jongen, die zogenaamd iets wilde gooien naar de soldaten, dood. Volgens zijn omgeving was hij nergens bij betrokken. Op 2 september werd een 39-jarige Palestijn doodgeschoten in de buurt van Ramallah toen hij terugkwam van zijn werk. Het Israëlische leger verklaarde dat hij probeerde te schieten op de snelweg.
(Dit jaar werden al 57 Palestijnen doodgeschoten, waarvan 12 kinderen)
In een periode van 2 weken werden 288 Palestijnen gewond. De meeste gewonden (273) vielen bij protesten tegen activiteiten van nederzettingen in de buurt van Beita (bij Nabloes). 4 mensen werden gewond in de provincies Jenin, Nablus en Bethlehem.
Er waren in deze periode 118 huiszoeking/arrestatie-operaties (vooral in Jeruzalem e.o. en Hebron e.o.), waarbij in totaal 134 Palestijnen werden gearresteerd. Op 1 september was er een inval in een school in Wadi Al Joz. Het schoolhoofd en een medewerker werd gearresteerd en een aantal computers en archieven werden in beslag genomen.
In genoemde periode werden 31 gebouwen vernietigd wegens het ontbreken van bouwvergunningen. 30 mensen in Oost-Jeruzalem, waarvan 21 kinderen verloren hun woning als gevolg van de vernietiging van 5 huizen. 3 afbraken werden door de eigenaars zelf uitgevoerd om boetes te vermijden.
De vernietiging van 23 gebouwen in de C-zone waaronder 8 stallen in Khirbet Ar Rahwa (Hebron) en Ibziq (Tubas) had gevolgen voor tien gemeenschappen.
Tenminste 650 bomen werden beschadigd in de buurt van Hebron en Nablus. Negen voertuigen werden aangevallen in het H2 gebied van Hebron. Een watertank werd beschadigd.
In de buurt van Nabloes werden waterleidingen en een serre vernield en landbouwgereedschap werd gestolen. In de buurt van Jenin werd een voertuig bekogeld met stenen.
Israëlische voertuigen werden door Palestijnen bekogeld in de buurt van Hebron en Ramallah.
Hier kan u het volledige rapport van OCHA nalezen.