IEDER MENS IS GELIJK

Zoek

‘Abd al-Qader Tafesh – 7 februari 2024 

Facebook
Twitter
Email
Print

© Foto: Btselem 

 Voor 7 oktober woonde ik in Jabalya, met mijn vrouw en onze twee kinderen.  

In juni had ik een ongeluk met de fiets. Er waren drie beenderen gebroken in mijn borst.  

Er werd platina in gezet. 

Door de bombardementen vluchtten we de eerste dag naar mijn ouderlijk huis in Gaza-stad. We waren met 18 in het huis. 

Na een maand werd mijn ouderlijk huis getroffen door een bom en vatte het vuur. 

Mijn moeder en mijn zusters verhuisden naar het huis van de buren. 

Met de hulp van de buren konden we mijn ouderlijk huis blussen. De volgende dag maakten we het huis schoon en trokken er opnieuw in het huis. Maar dezelfde nacht werd het huis opnieuw getroffen. 

Toen gingen we naar het Kamal Adwan ziekenhuis. 

We verbleven daar een maand. Het was een plaats van dood en menselijk lijden. Vlak naast ons lagen dode lichamen. Vele zwaargewonden werden binnengedragen. Tijdens de wapenstilstand ging ik naar ons huis en het huis van mijn ouders. Beide huizen waren totaal verwoest. Er stonden geen huizen meer overeind en er waren geen straten meer. Ik vertelde het mijn ouders. Ik kreeg te zelfder tijd nauwelijks bericht van mijn vrouw en mijn twee kinderen. 

Toen de wapenstilstand afgelopen was, werd het nog erger.  

Het was onmogelijk het ziekenhuis te verlaten. 

Binnen in het ziekenhuis was het gruwelijk: gewonde mensen en losse delen van ledematen. We groeven grote kuilen in de grond om de doden te begraven. Toen werd ons ziekenhuis door een granaat getroffen. De granaat doodde vrouwen en kinderen. 

Op 11 december hoorde ik harde explosies. Soldaten vielen het ziekenhuis binnen. Mannen en jongens kregen het bevel om met de handen omhoog naar buiten te komen en hun identiteitskaarten te laten zien. 

We moesten onze kleren uit doen; 500-600 mannen in hun ondergoed. Onze handen werden vastgebonden. We stonden daar drie uur. Daarna moesten we vijfhonderd meter verderop een huis binnen gaan. Er waren tanks en soldaten. 

Vijf van ons moesten naar voren komen. 

We werden hard geslagen. Ze schopten mij. Een van hen sloeg op mijn hoofd en duwde mijn gezicht in het zand.  

We werden driehonderd meter verder gebracht. Ik moest mijn hoofd naar beneden doen. Ze deden mij een blinddoek om. Er volgden twee schoten naast mij. Een soldaat vroeg: “Wil je sterven?” Het was erg koud en wij hadden alleen onze onderbroek aan. Ik kreeg krampen over mijn hele lichaam. Ik hoorde het geluid van martelingen.  

Een soldaat trapte op mijn nek. Ik dacht dat ik stikte. Ik zei: ”Ik heb een platina implantaat in mijn nek.” Hij begon mij direct op mijn schouder te slaan. Het platina raakte los. Mijn blinddoek viel af. Ik zei: “Ik wil een dokter.” De soldaat begon te vloeken en te schelden. Hij sleepte mij over de grond en bleef mij slaan en schoppen. Hij sloeg op mijn neus, zodat die begon te bloeden. In een hoek werd ik verder geschopt. Mijn handen werden op mijn rug vastgebonden. Het platina stak uit mijn borst. Terwijl zij sloegen en schopten riep ik tot God. Een soldaat zei: “Jij bent van Hamas.” Ik zei: “Ik ben een burger die zijn verwoeste woning moest verlaten.” 

Een soldaat schreef het nummer 81 op mijn hand en voorhoofd. Toen deden ze een zak over mijn hoofd. Ik dacht dat ze mij gingen executeren. Ik werd opnieuw geslagen en in een vrachtwagen gezet. We werden opgestapeld in de truck. Onze benen werden vastgebonden. Het was erg koud en regenachtig. 

We kwamen bij de Erez overgang. Er waren veel soldaten. Een soldaat plaste op ons. 

Ik beefde van de kou. We werden met stokken geslagen toen we uitstapten en vormden een rij. We huilden en riepen tot God. 

We stonden drie uur in de kou terwijl wij geslagen werden. Daarna werden wij met 20 tezamen in cellen van twee vierkante meter geplaatst. Nu moesten we ook onze onderbroek uitdoen. En soldaat schopte mij in mijn maag. Toen kregen we doorzichtige jurken aan. 

… Ik schreeuwde van de pijn. In de verte hoorde ik mijn vader mijn naam roepen. Hij herkende mijn stem. De soldaten sprongen op hem, sloegen hem hard en bonden zijn handen vast. 

Ik werd slaperig, maar wanneer ik mijn hoofd liet zakken begonnen soldaten mij te slaan. Het was erg koud. Ik vermoed dat de soldaten de airco hadden aangezet. Ik had geen gevoel meer in mijn benen.  

… In de bus bevalen ze ons in het Arabisch te zeggen: “Lang leve Israël! Lang leve de mensen van Israël! En wie is de klootzak? Dat is Sinwar (leider van Hamas red).” De soldaten vloekten en tierden tegen ons. Ze vervloekten de islam. 

We kwamen aan in een militaire gevangenis voor ondervraging. Ik mocht de jurk uitdoen en kreeg ondergoed en een pyjama. Daarna moest ik opnieuw “lang leve Israël!” zeggen… Mijn handen waren geboeid. Soms werd ik opgehangen aan één hand gedurende drie of vier uur tot ik flauwviel. Ik hoorde geschreeuw en blaffende honden. Ik bleef 40 dagen in de gevangenis; 40 dagen geslagen en uitgescholden. Ik moest knielen of werd opgehangen aan mijn hand. Het was erg koud en er waren geen dekens. Alleen van middernacht tot 4 uur in de ochtend mochten we slapen. Ik was twee keer in het ziekenhuis. Bij een CT-scan zeiden ze: “Je moet geopereerd worden aan je schouder.” De tweede keer werd ik opgenomen omdat ik flauwgevallen was.  

Per bus werden we naar een andere gevangenis gebracht. Het was weerzinwekkend. We werden vernederd. 

Daarna werden we naar Kerem Shalom gebracht. Ik viel steeds flauw en werd naar het ziekenhuis gebracht. 

Mijn vader zag ik terug. Hij was uitgeput. Ik voelde dat hij gebroken was. Ik omhelsde hem. Mijn vrouw en kinderen heb ik maar één keer teruggezien. 

Ik ben in een slechte conditie. Ik moet elders geopereerd worden. Mijn spieren zijn slap door de vele slagen. Ik kan alleen met krukken stappen. ’s Nachts slaap ik slecht door de pijn en kwellende gedachten. Er is niemand hier om voor mij te zorgen. Mentaal ben ik uitgeput. Mijn grootste wens is dat ik ’s nachts goed slaap. 

https://www.btselem.org/voices_from_gaza

Ontdek meer

Geef je op voor onze nieuwsupdates
en mis niets meer !

Doe een gift

U kan een gift doen door geld te storten op

IBAN: BE64 5230 8014 8852

BIC: TRIOBEBB

Op naam van: Palestina Solidariteit vzw, Adres: Ectorsstraat 19, 3400 Landen

Met vermelding van : binnenlandse werking en/of project Palestina + naam project

Bedrag





Voor een gift van €40 geniet je een fiscaal voordeel van maar liefst €18. Het kost je dus uiteindelijk slechts €22! 

Stuur dan wel een email met de gegevens van de donor (naam, adres en geboortedatum) naar info@palestinasolidariteit.be